Foto's: Roger Maes
Logo: Chris Vosters
In gesloten toestand geeft Het Lam Gods van Jan Peeters (1990) een apocalyptisch beeld weer. De bijgevoegde teksten duiden op eenwording van de evolutie ...
I.
en dan
ben ik vannacht
in U verzonken.
Uw stukgewaaide dromen
verstelde ik
tot lappendekens tederheid.
Ik heb Uw levenswandel meegewandeld
als een trouwe hond. .
ik heb Uw koninkrijken niet veroverd
ik heb Uw staatsgeheimen niet verklapt
ik heb alleen Uw taal geleerd
en de gebruiken van Uw vingers,
Uw lippen en Uw hart.
ik werd Uw toeverlaat, Uw secretaris:
de compromissen van Uw liefde
verborg ik
in mijn akten tas.
Uw landwijnen proefde ik steeds zat
en zoeter.
en ik heb U onderhuids gekust,
samen zijn we daarna op stap gegaan
naar de anderen en
door de anderen heen.
II.
het was een avond in september
en we hadden het glas geheven
op de oorlog in Koeweit,
op de fikse groei van West-Europa,
de Ford-siësta en de ozon-laag.
we hadden net het peterschap aanvaard
van Luala, Fin, en Jola,
drie kinderen uit Ethiopië,
die straks chocolade eten
wanneer hun dorp honger lijdt.
we hadden net 't verhaal gelezen
van de koning en de koningin,
't verhaal van Jan en Wim,
die alsmaar flirtten met "het" virus
en steeds minder met elkaar.
toen
plots
de tijd een aanval kreeg,
lusteloos
de dagen liet ontglippen
in een stroboscoop van licht:
't leek een disco voor ouden van dagen.
maar toen we eindelijk naar huis gingen
was 't jaar 2000
lang voorbij
III.
we hijgden, hazewinden
hoge klinkers, klanken angst
we stortten in letterwoorden
onze laatste gevoelens uit
en
vluchtten langs ingevallen wegen
files wanhoop bij elkaar
ook de elementen werden dronken,
dansten,
carnavalden, gingen vreemd bij andere
atomen en kijk:
water steende in kranen
in de lucht vatten de wolken vuur,
het zand sloeg metershoge golven
tegen 'n berm appartementen
alles
dreunde in elkaar
en
ik weet niet wie er toen heeft geschoten,
we riepen allen: doet U maar!
en het werd stil en het werd tijdloos
en het werd tijdloos stil.
IV.
toen we eindelijk ontwaakten
speelde een grijsgeworden God
preludes voor een nieuwe stilte en
ik herkende hen, die ik
eergisteren nog
vaag wist of weten wou:
de vaders van de vader van
mijn vader
de zonen van de zonen van
mijn zoon.
Abraham en Socrates
Goethe en Van Gogh.
en dan ben ik opnieuw in U verzonken
met alle mensen tegelijk
alle rangen, alle standen
en met de engelen van van Eyck.
Jan Peeters